Over ons

wie we zijn ... waar we wonen

Ad Montem

De leefgemeenschap Ad Montem heeft twee initiatiefnemers. Wij zijn beiden verbonden met de Karmel en geïnteresseerd in de christelijke mystieke traditie door de eeuwen heen. Voor ons is deze traditie leidraad voor het leven dat wij leiden. Wij zien dit als een geleefde realiteit tot op de dag van vandaag. Als leefgemeenschap staat Ad Montem open voor mensen die de oriëntatie van dit leven en de concrete leefvorm willen delen. Allen kunnen hun eigen ervaring met God inbrengen. Op deze manier verrijken we de gemeenschap en leren we van elkaar. Gelijktijdig is God het levend midden van deze gemeenschap. Door telkens weer in stilte naar dit Geheim van ons bestaan terug te keren, laten wij ons door Zijn liefde opbouwen en vernieuwen.

Even voorstellen

Hein Blommestijn

Mijn vroegste jeugd wordt getekend door contact met de natuur en met religieuzen in twee zeer nabije kloosters. Het is een natuurlijke spirituele omgeving waar ik mij thuis voel en dagelijks de nabijheid van God ervaar.

Tijdens mijn middelbare school raak ik vertrouwd met de karmelieten en hun spiritualiteit. Mijn geraaktheid door God voed ik met het lezen van teksten zoals Guardini, preken van Augustinus en dichters.

Na het eindexamen word ik getroffen door een ernstige ziekte waarin ik met de dood voor ogen sta. Sindsdien ervaar ik iedere dag van mijn leven als een onverdiend en onbegrijpelijk wonder.

Mijn intrede in het noviciaat van de Karmel in Boxmeer versterkt mijn gevoel dat mijn geestelijk leven een eenzame weg is die zich in stilte ontplooit. In spirituele en mystieke teksten vind ik reisgenoten en gidsen. Hetzelfde geldt voor enkele belangrijke gesprekspartners die de geraaktheid door God delen. Verschillende omstandigheden en contexten veranderen daar niets aan. Mijn levensweg voltrekt zich als een logische beweging naar het ene doel dat mij in groeiende mate aantrekt vanuit een onbereikbare verte.

Jos Huls

Ik heb het geluk gehad mijn kindertijd in de buurt van de zee te hebben doorgebracht. De zee is voor mij altijd fascinerend geweest. Zij laat altijd een ander gelaat zien. Maar het belangrijkste wat zij doet, is dat ze mij stil maakt voor het oneindig geheim waarin we leven.

Tijdens mijn middelbare schooltijd kwam ik in contact met de Benedictijnen van Oosterhout. Ook daar voelde ik dezelfde fascinatie voor het godsgeheim van ons bestaan. Uiteindelijk heeft dit ertoe geleid dat ik theologie ben gaan studeren. Daar kwam ik op het spoor van de christelijke mystieke traditie. In haar vond ik woorden voor wat ik zelf ten diepste ervoer.

Vooral het dagboek Merkstenen van Dag Hammarskjöld raakte mij zeer. Hij maakte voor mij de mystiek actueel doordat hij het verbond met zijn werk als Secretaris Generaal van de Verenigde Naties.

De Karmel werd voor mij de ruimte waarin mijn gegrepenheid door de mystieke literatuur en een leven in stilte en eenzaamheid zich verder konden ontplooien. Roeping blijft voor mij echter iets uiterst persoonlijks dat nooit met een systeem of een sociale orde kan samenvallen.

Geestelijke begeleiding en het lezen van mystieke teksten zijn voor mij een natuurlijke eenheid geworden. In het luisteren naar de kwetsbare en tastende verhalen van Gods overweldigende werking in een concrete persoon en naar mystieke processen uit heden en verleden lees ik twee ‘teksten’ die elkaar verhelderen en nodig hebben. Dit lezen vereist meer en meer dat ik binnenga in de stilte van God waar alle ego-lawaai verstomt.

Klooster Schiermonnikoog

Onze gemeenschap is niet denkbaar zonder het initiatief van de Cisterciënzers die op Schiermonnikoog een nieuwe start gemaakt hebben. Hoewel wij een zelfstandige gemeenschap zijn, is er sprake van een hechte samenwerking. Dit komt onder meer tot uitdrukking in het gezamenlijk vieren van het getijdengebed.

Verschillend en toch hetzelfde 

Nieuw begin

De Cisterciënzers van Abdij Sion in Diepenveen zijn ons voorgegaan in hun keuze voor Schiermonnikoog. Al is het met pijn, toch hebben zij gekozen voor een weg naar de toekomst door de grote gebouwen en geijkte structuren te verlaten.

De persoonlijke weg

Zij beseffen dat het contemplatieve leven gebaseerd is op de persoonlijke roeping van iedere monnik in een omgeving van stilte en eenzaamheid. Persoonlijke betrokkenheid en gesprek over de persoonlijke geraaktheid en de strijd die dit oproept, zien zij beter realiseerbaar in een kleine gemeenschap.

Wederzijdse herkenning

Wederzijds hebben wij dezelfde geraaktheid door God en herkennen bij elkaar de moed om risico’s te nemen. Na een eerste aftasten zijn we tot de conclusie gekomen dat wij kiezen voor een vormgeving waarin eigenheid en samenwerking een breder draagvlak krijgen om samen op zoek te gaan naar een vorm van contemplatief religieus leven voor de eenentwintigste eeuw.

Groeien aan elkaar

Er is sprake van twee spirituele tradities die zeer veel gemeen hebben en elkaar vruchtbaar aanvullen. De eigenheid wordt gegarandeerd door twee gebouwen op zeer korte afstand van elkaar. Wij menen dat de toekomst van het religieuze leven mede afhankelijk zal zijn van een denken buiten de hokjes en het bundelen van krachten.

Reisgenoten

Niemand heeft zichzelf gemaakt. Wij mogen dan ‘ik’ tegen ons leven zeggen en denken dat het ‘ons’ leven is, feitelijk is er niets van onszelf bij. Wij leven uit een Leven dat wij vatten noch begrijpen kunnen. Deze fascinatie voor het leven als godsgeheim, vormt ook de grondslag voor de gemeenschap Ad Montem. Wij zijn godzoekers en voelen ons in principe verbonden met iedereen die deze fascinatie voor het goddelijk mysterie van het leven deelt. Dit is ook de ruimte die wij willen bieden. Door zelf stil te worden voor het mysterie van God in ons eigen bestaan, hopen wij ook een luisterend oor te kunnen bieden aan hen die op dezelfde wijze op weg gestuurd zijn.

De reis van ons leven

God verwondt 

Ondanks de algemene opinie dat God er niet meer toe doet, breekt Hij nog steeds in de levens van mensen in. Vaak gebeurt dat onverwacht en zonder dat wij daar een gelovige achtergrond voor hoeven te hebben. God verstoort. Hij doorbreekt de vanzelfsprekendheid van ons bestaan. Meestal sluiten de gelederen zich snel en proberen wij zo gauw mogelijk ons oude leven weer op te pakken, maar soms kan de wond die God in ons slaat zo diep zijn dat wij er niet meer omheen kunnen en we wel op zoek moeten naar dat wat ons uit de vanzelfsprekendheid van ons eigen leven heeft gestoten.

De reis naar binnen

De mystieke traditie spreekt in dit verband van een innerlijke reis. Wie door God wordt aangeraakt, wordt op reis gestuurd naar een land dat achter de horizon van zijn eigen voorstellingsvermogen ligt. Hoe succesvol ons leven ook mag zijn geweest, we kunnen er niet meer geheel in opgaan, omdat iets anders meer aandacht opeist. Deze vervreemding kan soms zeer verwarrend zijn, omdat dit ‘andere’ onbenoembaar blijft en zich uiteindelijk alleen maar als een pijnlijk verlangen aan ons toont. Toch weten we diep van binnen dat dit de werkelijke reis is die het leven van ons vraagt.

Oor  krijgen voor 

Wij willen graag ruimte geven aan mensen die net als wij door God geraakt zijn en met vallen en opstaan de reis naar binnen willen gaan. Dit doen we allereerst door in gebed elke dag weer stil te worden voor het geheim van ons bestaan. Deze oefening achten wij noodzakelijk omdat het lawaai van ons eigenmachtig bestaan telkens weer op de loer ligt. Alleen door werkelijk stil te worden voor onszelf, kunnen we ook stil worden voor de stem van God in de ander. Wij bieden dan ook vooral een luisterend oor. Daarbij gaan we ervan uit dat de mens zelf zijn eigen gids is. Hij alleen heeft weet van de stem van God in zijn eigen bestaan en wij als luisteraar kunnen alleen helpen deze Stem gewaar te worden.

Geen reis is hetzelfde

Wij staan niet in het centrum van de kring. Het centrum is God zelf en de kring wordt gevormd door mensen die in hun geraaktheid stil willen worden voor de stem van Gods liefde in hun bestaan. Hoe deze weg vorm krijgt is uiterst persoonlijk. Er is wat ons betreft dan ook geen binnen- en buitenkring. Ons primaire doel is mensen de mogelijkheid te geven naar zichzelf te luisteren in hun zoektocht naar God. Hierbij snijdt het mes aan twee kanten. Aan de ene kant hopen wij dat mensen op deze manier vorm kunnen geven aan de weg die zij met God willen gaan, aan de andere kant helpt het ons ook om kritisch te blijven ten aanzien van de openheid en de vormgeving van onze eigen leefgemeenschap op Schiermonnikoog.

Schiermonnikoog

Het eiland Schiermonnikoog is een uitgelezen plek die tot stilte voert. Een leven van gebed en bezinning komt hier volledig tot zijn recht omdat de innerlijke rust niet onnodig verstoord wordt. Alle aandacht blijft geconcentreerd op God als het enige middelpunt van onze levensreis. Zijn Stem weerklinkt in de wind en de golven.

In het voetspoor van … 

Natuur 

Het eiland Schiermonnikoog is voor een leven van gebed een uitgelezen plek. De stilte van de natuur en de steeds wisselende gelaatstrekken van de zee zijn de oneindige ruimte waar Gods onhoorbare stem tot ons door kan dringen.

Stil worden voor

Wij wonen in het enige dorp van het eiland dat omgrensd wordt door bos, duinen, weilanden en zee. Deze omgeving vormt een ideale context om stil te worden voor de Stem van ons wezen. In een gesprek met Bomans karakteriseerde hij Schiermonnikoog als volgt:

Bomans

  • Meneer Bomans, wat doet u hier op het eiland?
  • Niets.
  • Helemaal niets?
  • Helemaal niets.
  • Is dat moeilijk?
  • Dat is het moeilijkste wat bestaat.
  • En waarom koos u daarvoor Schiermonnikoog?
  • Omdat andere plaatsen in ons vaderland nog tot enige werkzaamheden nopen. En hier gebeurt niets. Je komt ook niet in de verleiding om iets te doen. Er is wind, er zijn meeuwen en daar kijk je maar naar …

De confrontatie met God 

Het interview heeft in zijn geheel een absurdistisch karakter, maar toch raakt Bomans hier iets heel wezenlijks aan. Het is voor ons uiterst moeilijk werkelijk stil te worden voor onszelf. We zeggen vaak dat we het zo druk hebben, maar misschien gebruiken we die drukte wel als een dekmantel om maar niet met die ongemakkelijke stilte geconfronteerd te worden die onder dat lawaai van ons drukke bestaan schuilgaat. Dat we soms in de stilte op adem moeten komen, is prima. Maar het moet niet verder gaan. Dan wordt het saai of zelfs ongemakkelijk. Dan willen we toch weer snel terug naar die haast die ons verhindert werkelijk bij onszelf naar binnen te gaan. Daarom wonen we weliswaar op Schiermonnikoog, maar is onze eigenlijke woning in de Stilte gelegen.